Brexitreferendum was zege voor democratie
- Jeroen van Gennep
- 14 jul 2016
- 3 minuten om te lezen
Het is tijd dat Europa gaat beraden over de rol van referenda in de politiek, schrijft Jeroen van Gennep. Willen zich we ze omarmen of keren we ze voorgoed de rug toe?

Later dit jaar krijgt de EU weer twee referenda voor haar kiezen. In oktober mogen de Italianen aangeven of ze akkoord gaan met de wens van hun premier om de senaat te beperken tot regionale zaken en in
Hongarije mogen de kiezers zich uitspreken over de vluchtelingenopvang-verplichting vanuit de EU.
"Zijn referenda daadwerkelijke een verbetering van ons stelsel? De kiezer kan zich steeds beter inlezen, maar blijkt dat niet altijd te willen of de materie te begrijpen. Hoeveel kennis moet iemand vergaren om over iets te mogen mee beslissen wat ook zo veel anderen aangaat?"
Het Brexitreferendum is al meer dan drie weken geleden gehouden. Sommigen hebben nog de stille hoop op een tweede gang naar de stembus. Theresa May, de nieuwe premier van Groot-Brittannië en oorspronkelijk voor het behoud van EU-lidmaatschap, heeft dit na de uitslag ontkracht: "We zijn nu allemaal voor een vertrek uit de EU." De uitwerking van dat vertrek zal de komende maanden, zo niet jaren in beslag nemen.
Dat 52 procent van de stemmers voor een vertrek van Groot-Brittannië uit de Europese Unie kiest, komt bij velen hard aan. Maar met een opkomst van 72 procent was het referendum een zege voor de democratie. Het was de hoogste opkomst bij verkiezingen in Groot-Brittannië in bijna vijfentwintig jaar.
Een teken van het belang van deze kwestie, zou je denken. Maar de reacties waren vaak minder positief. Eén quote die meermalen op internet voorbij kwam, bleef vooral hangen: 'Het beste argument tegen democratie is een gesprek van vijf minuten met de gemiddelde stemmer' - Winston Churchill. Ik was erdoor verontwaardigd.
In Zwitserland zijn referenda effectief en worden ze door de bevolking geaccepteerd, maar betekent dit dat ze ook hier zullen werken? Lering trekkend uit het referendum over het associatieverdrag met Oekraïne eerder dit jaar, wordt duidelijk dat het systeem van referenda hier in elk geval nog niet goed functioneert. Er was alom onduidelijkheid onder de kiezers, een grote desinteresse bij de meerderheid van de politici en de macht van een kleine groep mensen (GeenPeil) overheerste.
Kinderziektes
De Brexit- en Oekraïnereferenda noodzaken ons hardop te gaan nadenken over wat we nog kunnen bewerkstelligen met onze huidige vorm van democratie. Zijn referenda daadwerkelijke een verbetering van ons stelsel? De kiezer kan zich steeds
beter inlezen, maar blijkt dat niet altijd te willen of de materie te begrijpen. Hoeveel kennis moet iemand vergaren om over iets te mogen mee beslissen wat ook zo veel anderen aangaat?
Nu het technologisch en financieel mogelijk is om referenda vaker uit te roepen is het terecht om af te vragen of dat dan ook moet gebeuren. En of we dat überhaupt zouden willen.
Misschien heeft de goede uitwerking van referenda meer tijd nodig en zijn dit de kinderziektes in onze transitie naar meer directe democratie. Maar meer of minder referenda: feit is dat er een bevolkingsgroep bestaat die, terecht of niet, angsten heeft over Europa, immigratie en banen. Als zij na elke stembeurt te horen krijgen dat ze niet genoeg hun best hebben gedaan, dat ze vallen voor de leuzen van populisten en ze beter niet hadden kunnen meebeslissen, verwerpen we deels het idee van hun stemrecht.
Altaar
Democratie betekent in essentie dat het volk centraal staat en dat het invloed heeft op de keuzes die worden gemaakt. Als het gevolg van Brexit is dat de economie iets minder goed zou varen dan bij een behoud van het EU-lidmaatschap, maar de kiezer meer zeggenschap heeft over zijn lot, is dat een positieve stap. Of dient alles te worden geofferd aan het altaar van economische groei? Churchill zei: 'Democratie is de slechtste vorm van regeren, behalve alle andere', maar heeft er niet bij verteld welke vorm van democratie. Toen hij zijn politieke loopbaan begon, hadden vrouwen geen stemrecht, mochten alleen vermogende mannen stemmen en hadden sommigen mannen het recht om meer dan één keer te stemmen. Toen hij stierf in 1965 waren deze beperkingen opgeheven en was het algemeen kiesrecht ingevoerd, ook in Nederland.
Nu moeten we niet de vervreemde burger beschuldigen of uitschelden voor zijn keuze, zoals is gebeurd na de Oekraïne- en Brexitreferenda. De mogelijkheden om democratie uit te voeren veranderen en het is zaak om verder te gaan, zoekend naar 'de slechtste vorm van democratie, behalve alle andere'.
Bình luận